We willen het soms zo graag goed doen dat we bang zijn voor fouten. Zeker in de ring is het een valkuil om zo netjes te willen rijden dat we juist aan ons doel voorbij schieten. In de Fair Play blog van deze week tips om eerst nuttig te rijden en dan mooi!

Wanneer je opstapt begin je als het goed is met een warming up. In die warming up is het belangrijk dat de spieren ook echt opgewarmd en klaar voor het piekmoment gemaakt worden. Door in de warming up al alle overgangen te rijden, te spelen met de hoofd- halshouding en veel rond te slingeren kom je vanzelf dingetjes tegen die minder fijn gaan. Ga die moeilijkheden niet uit de weg, daar zit juist je werk en je uitdaging!

 

Actie – reactie! 

Zorg eerst altijd voor een goede voorwaartse drang en snelle reactie aan je hulpen, als die aandacht er namelijk niet is heeft je vraag nog maar weinig zin. Je wilt niet veel kilometers maken waarbij je paard niet beter wordt, dat is alleen maar onnodige slijtage en er sluipen op die manier ook onbewust verkeerde gewoontes in. Gas is gas en ho is ho! Wees consequent, maak de  kleine hulp waarop je zou willen dat je paard in de ideale situatie op zou reageren en als je daar geen reactie op krijgt maak het dan af. Het hoeft niet direct mooi te zijn want afwerken heeft geen zin als het stukje basis niet klopt. Je gaat een huis toch ook niet eerst decoreren en dan metselen?

Overgangen afmaken! 

Rij veel overgangen, maar dan wel overgangen waar je iets aan hebt. Als je 100 overgangen rijdt waarbij je paard 99 keer niet direct reageert op je hulp dan heb je er dus 99 voor niks gereden. Sterker nog, je hebt je paard 99 keer bevestigd dat het normaal is om niet te reageren.

Maak dus ook echt elke overgang af. Je overgang is niet klaar zodra je paard in een andere gang is maar zodra hij góed in een andere gang is. Vanaf het zadelmak maken leren wij het paard direct om goede overgangen te maken, het is zinloos om het eerst verkeerd aan te leren en dan te gaan corrigeren. Zorg dat de eerste pas raak en naar voren is. Denk de benen voorbij het lijf, of je nu terug of naar voren rijdt.

Verdoezel niets! 

Heel vaak verdoezelen we (onbewust) de dingen die nog niet fijn gaan. Controleer regelmatig of je minimaal 5 passen niks kunt doen zonder dat je paard minder fijn gaat lopen. Je paard zou hier zelfs fijner van moeten worden.

Dat is voor een aantal dingen goed en belangrijk:

• Je laat je paard 5 passen met rust wat eigenlijk heel normaal zou moeten zijn, maar vooral fanatieke ruiters hebben daar vaak onbewust toch moeite mee. Let maar eens op hoe lastig het is om niet stiekem te blijven drijven of vasthouden.

• Doordat je je paard met rust laat krijgt hij de kans om zijn eigen balans te vinden zonder elke pas ondersteunt of gecorrigeerd te worden.

• Ook gaat je paard beter opletten want er komen niet steeds dezelfde prikkels binnen waar hij aan went.

• In die 5 passen krijg je ook weer even de tijd om aan je eigen balans en houding te werken.

Herhaal dat dus zo vaak mogelijk, schrik niet als er iets mis gaat. Daar krijg je alleen maar meer informatie van. Bijvoorbeeld:

• Steekt je paard zijn neus in de lucht dan drukt hij dus zijn schoft en rug omlaag. Dat komt weer doordat hij niet genoeg actief van achter is en op de voorhand draagt. Met andere woorden, je paard was wel door de kaak maar niet door het lijf.

• Remt je paard af dan heb je dus teveel met je benen geknepen en gedreven waardoor hij te weinig impuls heeft.

• Gaat je paard harder dan loopt hij op de voorhand, jullie zijn niet in balans op dat moment en waarschijnlijk heb je dat gecompenseerd door de teugels te strak te houden.

• Kiept je paard naar binnen of naar buiten dan heb je zelf waarschijnlijk scheef gezeten om je paard te willen helpen de bocht goed door te komen.

In de ring!

In de ring stoppen veel ruiters met rijden. Je wilt het dan zó graag goed doen dat je vooral meelift op je paard. Je paard weet dan niet goed meer waar hij aan toe is en wordt onzeker. Uit die onzekerheid krijg je altijd de reactie die je net niet wilt.

Je paard begrijpt het verschil tussen een training en een proef niet. Probeer dus in de ring hetzelfde te doen als thuis. Wees duidelijk tegen je paard, als je in de ring van alles moet verdoezelen omdat het nog niet lukt dan is het misschien handiger om er thuis eerst voor te zorgen dat het beter bevestigd is. Of start een paar keer op een oefenwedstrijd waarin je als doel stelt de dingen net zo op te lossen als thuis. Daar leert je paard van waardoor je rijden uiteindelijk veel duurzamer is. Het verdoezelen houdt een keer op en gaat mis maar met een bevestigde basis en training kun je altijd verder!

Wees dus niet bang voor de foute reactie. Pas als je luistert naar de reactie van je paard leer je de vraag beter stellen! 

Liefs Solvej

 


0 reacties

Geef een antwoord

Avatar plaatshouder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.